Hoe is onze huid opgebouwd?

De huid is het grootste orgaan van de mens. In totaal gaat het om een oppervlakte van 1,5 à 2m² die instaat voor ongeveer één zesde van het lichaamsgewicht. De huid is een uiterst complex systeem van cellen en sensoren die maken dat wij allerlei gevoelens kunnen waarnemen: temperatuur, druk, wrijving, pijn, aanrakingen, enz. De huid is opgebouwd uit verschillende lagen:

De opperhuid (epidermis)

De opperhuid is de buitenste laag van de huid. Deze huidlaag is gemiddeld 0,1mm dik, maar is bv. dunner ter hoogte van het gelaat en dikker ter hoogte van de voetzolen. Vandaar dat een specifieke verzorging nodig is voor het gelaat, voor de handen, enz. De opperhuid zorgt voor bescherming tegen externe invloeden. Daarnaast biedt ze bescherming tegen uitdroging van de huid. Dit gebeurt door de zweet- en talgkliertjes die uitmonden aan het huidoppervlak. Zij houden de vocht- en vetbalans op peil. De opperhuid wordt onderverdeeld in de volgende lagen:

  • Hoornlaag: In deze huidlaag wordt de beschermlaag tegen externe invloeden opgebouwd. Deze laag bestaat uit dode cellen, de hoorncellen, die rijk zijn aan keratine, en lipiden (huideigen vetstoffen). De hoorncellen kunnen eigenlijk beschouwd worden als de bakstenen van het bouwwerk (de huid), de lipiden functioneren als het ware als het cement om de boel bij elkaar te houden. De onderste cellen van de hoornlaag zijn zeer stevig met elkaar verbonden. De bovenste cellen van de hoornlaag hebben een lossere structuur en zullen tenslotte afschilferen onder de vorm van kleine onzichtbare schilfertjes. Door druk of wrijving op de hoornlaag kunnen plaatselijk dikkere plekken ontstaan, die we kennen als eelt of likdoorns.
  • Heldere laag: De heldere laag wordt door zijn lichtbrekende werking ook wel de ‘lichtbrekende laag’ genoemd. De cellen zijn uitzonderlijk plat en liggen dicht tegen elkaar. Deze heldere laag is enkel aanwezig ter hoogte van de handpalmen en voetzolen.
  • Korrellaag en stekellaag: In deze huidlagen vindt de geleidelijke verhoorning / veroudering van de huidcellen plaats. Dit kan je zien als een ‘tussenstation’.
  • Kiemlaag (=basaallaag): In deze onderste laag van de opperhuid vindt de celdeling plaats. Deze laag bestaat uit een soort moedercellen waaruit dochtercellen ontstaan. De cellen die deze laag voortbrengt, bewegen zich naar boven gelegen huidlagen, waar ze zich verder ontwikkelen. Ze zullen na ongeveer een maand het oppervlak bereiken en worden dan afgescheiden. Dit proces vertraagt naarmate men ouder wordt. In deze laag wordt ook ons huidpigment gevormd.

De lederhuid (dermis)

De lederhuid bevindt zich onder de opperhuid. De lederhuid is 1 à 2mm dik. Ze bevat onder andere collageen (70%), elastine (2 à 5%), bloedvaten, lymfevaten, talgklieren, zweetklieren en zenuwen. Deze laag verleent onze huid elasticiteit en stevigheid door de aanwezigheid van collageen, elastine en hyaluronzuur (= een vochtvasthoudende stof). Je kan de lederhuid vergelijken met een matras die de opperhuid optimaal ondersteunt door haar aangepaste vulling (collageen en hyaluronzuur) en haar vering (elastine).

Het uitgebreide netwerk van bloedvaten in de lederhuid verzekert de aanvoer van essentiële voedingsstoffen naar de kiemlaag. Deze twee huidlagen worden van elkaar gescheiden door een golfvormige grens. Door de golfvormige structuur van deze grens is er een groot contactoppervlak tussen de twee huidlagen, waardoor de voorziening van voedingsstoffen wordt geoptimaliseerd. Naarmate we ouder worden, wordt deze golfvorm steeds vlakker, waardoor de toevoer van voedingsstoffen moeizamer verloopt.

De onderhuid (hypodermis)

Deze laag bestaat uit los bindweefsel waarin vetcellen zitten, die zorgen voor energieopslag. De vetcellen vormen grotere clusters en worden gescheiden door “tussenschotten”. Daartussen lopen bloedvaten, die de opgeslagen voedingsstoffen transporteren naar waar ze precies nodig zijn. Naast energieopslag zorgt deze huidlaag ook voor isolatie tegen koude en bescherming tegen stoten.

Het vetgehalte in de onderhuid verschilt van mens tot mens en van man tot vrouw. Vrouwen hebben vaker last van vetophoping ter hoogte van de heupen, de bovenbenen en het zitvlak en van cellulite, de sinaasappelhuid die ontstaat door de specifieke ligging van de verschillende “tussenschotten” ten opzichte van elkaar. Mannen hebben dan weer vaker last van vetophoping ter hoogte van hun middel.

De hydrolipidelaag/zure beschuttingsmantel of huideigen beschermingslaag

Over onze huid zit een dunne, lichtjes zure laag die bestaat uit een mengsel van zweet (=vocht/hydro) dat wordt afgescheiden door de zweetklieren en talg (=vet/lipide) afkomstig van de talgklieren. Deze laag noemen we de zuurmantel/ hydrolipidenfilm of huideigen beschermingslaag.

Deze laag biedt bescherming tegen invloeden van buitenaf – zoals bacteriën en schimmels – en zorgt ervoor dat de huid soepel en elastisch blijft. We spreken van een gezonde huid wanneer er in deze laag een goed evenwicht is tussen vocht en vet.

Enkel indien de zuurtegraad van deze laag op peil is, kan de laag haar beschermende functie optimaal uitvoeren. De pH-waarde van een gezonde huid ligt tussen 5,4 en 5,9. Het is belangrijk dat deze waarde zo goed mogelijk wordt benaderd, want bij deze pH-waarde is het bv. voor ziektekiemen erg moeilijk om zich te vermenigvuldigen. Als de pH-waarde gedurende langere tijd boven de normale waarde ligt, bv. door overmatig gebruik van (agressieve) zepen (pH > 9.0), verzwakt de afweerfunctie van de huid tegen bacteriën en krijgen infecties een kans.

Een zachte en goede reiniging gevolgd door een goede verzorging zijn dus van het allergrootste belang voor het welzijn van onze huid!

About the author

Leave a Reply

Text Widget

Nulla vitae elit libero, a pharetra augue. Nulla vitae elit libero, a pharetra augue. Nulla vitae elit libero, a pharetra augue. Donec sed odio dui. Etiam porta sem malesuada.

Recent Works

Recent Comments